Geprikkelde Clement: "Het is al van in het begin van moeten"

Club Brugge kijkt morgenavond Galatasaray in de ogen bij de start van de Champions League. Bij blauw-zwart kijken ze vol vertrouwen de match tegen de Turkse kampioen tegemoet. "We hebben nu nog meer ervaring dan de voorbije campagnes."

Op de persconferentie voorafgaand aan het Champions Leaguetreffen met Galatasaray blikte Hans Vanaken hoopvol vooruit. “We hebben de voorbije weken al serieuze stappen in het nieuwe systeem dat we nu spelen. We staan verder dan de voorbije jaren. Enkele nieuwkomers hebben bovendien de nodige Europese ervaring. Dat hebben we gemist in onze eerste campagne onder Michel Preud’homme.”

Derde plaats

Vanaken wil niet meegaan in het verhaal dat Club en Galatasaray voor de derde plaats zullen strijden. “De wedstrijd van morgen is niet anders dan de vijf andere matchen. Wij zoeken altijd hoe we iedere tegenstander pijn kunnen doen. We moeten echter wel opletten voor de kwaliteiten van Galatasaray. We zullen proberen hun zwaktes uit te buiten om kansen te creëren en niet alleen te verdedigen.

De woorden van de Brugse middenvelder werden door Clement bevestigd. “Ik wil dat mijn spelers met lef spelen. We gaan proberen zoveel mogelijk punten te pakken en te leren uit de fouten die zullen gemaakt worden.”

Winnen een must

Toen de vraag gesteld werd of winnen een must is, reageerde Clement lichtjes geprikkeld. “Die vraag blijft maar terugkeren. Van in het begin van het seizoen zet de pers ons onder druk: jullie moeten kampioen spelen, jullie moeten naar de Champions League. We zijn de eerste Belgische club die zich via de het niet-kampioenenspoor kon plaatsen voor de groepsfase.”

Een stap naar de derde plaats zetten, is wat Club morgen wil doen. “De kansen zijn gelijk. Verliezen betekent dat we een inhaalmanoeuvre moeten doen, maar hypothekeert onze verdere campagne niet. Real Madrid en PSG zijn buiten categorie. Club heeft in het verleden echter bewezen resultaten te kunnen neerzetten tegen hoger aangeschreven teams”, aldus Clement.

Nico Wieme