Technisch directeur van Genk komt met verklaring voor bijzonder povere seizoensstart van ambitieuze Limburgers

De ambitie was top-3 en stiekem droomde KRC Genk zelfs van meer (lees: de titel). Helaas, na een povere start moesten de Limburgers ook dit seizoen weer flink knokken voor een play-off 1-ticket en tussendoor was er ook nog eens een trainerswissel. Maar hoe komt het toch dat Genk zo slecht begon?

Dat Genk vorig seizoen een héél lang seizoen had en vervolgens een (te) lichte voorbereiding afwerkte om blessures te vermijden, speelt zeker een rol. Dat erkende ook technisch directeur Dimitri de Condé in VISTA!, de voetbalwebcast van HLN.

"Daar zijn interne gespreken over geweest, heel veel zelfs. Hoe kwam dat? We zaten op een bepaald moment ook met 12 gekwetsten. We hebben vorig seizoen 65 matchen gespeeld en hebben twee jaar na elkaar barrages moeten spelen om een Europees ticket te pakken dus speelden we een week langer waardoor de jongens altijd maar drie weken vrij hadden."

Blijven achtervolgen

En dan komen we bij Alejandro Pozuelo, die artiest die deelde in de malaise: "Als je Pozuelo eruit haalt: hij is ook gekwetst geweest, hij is drie maanden out geweest. Ik vond de voorbereiding heel belangrijk, als je die mist dan blijft jou dat achtervolgen en dat is bijvoorbeeld bij Pozuelo gebeurd."

Maar de Spaanse spelmaker is nu weer in topvorm: "Je ziet ook dat hij het niet heeft laten hangen, maar dat hij wel in stijgende lijn bezig is geweest in de laatste maanden. Na zijn blessure heeft hij toch wel wat tijd nodig gehad, wat eigenlijk ook wel menselijk is hé."

Glenn Bogaert