Het businessmodel van Anderlecht dat geld opbrengt, te danken aan Jesper Fredberg

Foto: © photonews
Anderlecht moet het deze zomer niet hebben van een gigantisch transferbudget of opvallende miljoenenaankopen. Toch zal de club wél extra geld binnenkrijgen, zonder dat het daarvoor een speler hoeft te verkopen.
De sleutel? De slimme doorverkoopclausules die de club de afgelopen jaren structureel inbouwde bij het vertrek van talenten, vaak Neerpede-producten. Onder sportief directeur Jesper Fredberg was het de norm geworden om een percentage op de toekomstige meerwaarde te bedingen bij transfers.
Dat levert de club passief inkomen op, soms al binnen een jaar na vertrek van een speler. De komende maanden kan dit mechanisme voor een aantal ex-spelers opnieuw in werking treden, schrijft LDH.
Eén van de eerste dossiers is dat van Noah Sadiki. De middenvelder van Union staat op het punt een toptransfer te maken en kan zo'n 15 miljoen euro opleveren. Anderlecht zou recht hebben op 10% van de meerwaarde, wat neerkomt op een bedrag net onder de miljoen euro. Een mooie meevaller, zeker voor een speler die intussen bij de stadsrivaal speelt.
Ook bij andere ex-spelers loert potentieel financieel voordeel om de hoek. Als Zeno Debast bij Sporting Portugal zou vertrekken voor een hoger bedrag dan het initiële transferbedrag, of bepaalde bonussen activeert, stijgt de totaalwaarde van die transfer naar ruim 25 miljoen euro. Hetzelfde geldt voor Julien Duranville: bij Borussia Dortmund kan hij via bonussen of een nieuwe transfer een percentage opleveren dat volgens bronnen tussen 10 en 15% ligt van de meerwaarde.
Zelfs Lucas Stassin, intussen actief bij Saint-Étienne, leverde Anderlecht een extra som op. Hij werd verkocht aan Westerlo met een doorverkooppercentage, en bij zijn overstap naar Frankrijk incasseerde paars-wit een deel van dat bedrag. Dat betekent dat Anderlecht in sommige gevallen zelfs verdient aan het doorverkooppercentage dat een andere club intussen hanteert: het "percentage van het percentage".
Daar staat wel tegenover dat Anderlecht ook zélf doorverkooppercentages moet betalen. Verschillende spelers in de huidige kern, zoals Jan-Carlo Simic, hebben prestaties geleverd die clausules activeren. Bij toekomstige uitgaande transfers moet de club vaak een afgesproken percentage afstaan aan het vorige team van de speler.
Toch blijft de balans positief. Interne bronnen geven aan dat al deze bonusmechanismen niet plots het jaarlijkse budget veranderen, maar wél zorgen voor een stabielere lange termijnstrategie. Met andere woorden: de talenten van gisteren blijven vandaag en morgen geld in het laatje brengen.
Johan Walckiers