Van de Rode Duivels naar de beloften: "In zekere zin een stap achteruit, maar..."

12 oktober 2025 16:00

Diego Moreira beleefde in september zijn eerste minuten bij de Rode Duivels, maar is deze maand weer opgenomen in de selectie van de Belgische beloften. De 21-jarige flankaanvaller van Olympique Lyon bekijkt dat niet als een teleurstelling, wel als een nieuwe kans om te groeien.

“Het is mijn eerste oproeping bij de U21, nadat ik al twee keer bij de A-ploeg zat. In zekere zin is het een stap achteruit, maar wel een goede”, vertelt hij aan RTBF.

Volgens Moreira helpt de terugkeer naar de U21 hem om opnieuw in contact te komen met leeftijdsgenoten. “Ik zie jongens terug tegen wie ik speelde toen ik dertien of veertien was. Ik wil mijn ervaring gebruiken om dit team te helpen richting een EK of WK."

"Bij de Duivels raak je even aan je droom, maar bij de beloften keer je terug naar de realiteit en dat is niet slecht. Het is een stap achteruit die me sterker kan maken.”

De Bruyne maakte indruk, Saelemaekers ook

De aanvaller geniet van elke minuut op het veld. “Bij de A-ploeg leer je veel, ook als je op de bank zit. Maar ik ben verliefd op voetbal, dus ik speel liever. Wat ik bij de Duivels heb geleerd, wil ik nu doorgeven aan de beloften. Er zit enorm veel kwaliteit in deze groep. Als mensen meer naar de U21 zouden kijken, zouden ze zien dat er evenveel talent is als bij de gouden generatie.”

Moreira blikt ook met trots terug op zijn debuut bij de Rode Duivels, vorige maand tegen Liechtenstein. “Dat moment vergeet ik nooit. De emoties waren onbeschrijfelijk. Omdat de wedstrijd al beslist was, kon ik rustig invallen en mijn kwaliteiten tonen. De groep heeft me meteen vertrouwen gegeven.”

Op de vraag wie hem het meest heeft indruk gemaakt, hoeft Moreira niet lang na te denken. “Kevin De Bruyne, zonder twijfel. Zijn passing en zijn manier van het spel lezen zijn uniek. Alexis Saelemaekers heeft dan weer een fantastische techniek, en Amadou Onana is voor mij onmisbaar op het middenveld, sterk, technisch en slim in zijn positiespel.”

Johan Walckiers

 
 
Reacties.