πŸ“· Na 11 seizoenen wissel van de wacht: KV Kortrijk heeft nieuwe hoofdsponsor beet


Foto: © photonews 31 juli 2025 10:45

KV Kortrijk kondigt Earth aan als nieuwe hoofdsponsor voor het seizoen 2025-2026. Na drie jaar als shirtpartner versterkt Earth nu haar band met de club. Deze samenwerking staat symbool voor lokale verankering Γ©n internationale ambitie.

Een energieke stap vooruit

Earth, een energiedochter van GRIDLINK met hoofdzetel in Harelbeke, is gespecialiseerd in duurzame oplossingen zoals zonnepanelen, batterijen en laadpalen. Met hun revolutionaire concept Gaele XL willen ze groene energie betaalbaar en toegankelijk maken voor iedereen. Deze dynamiek sluit perfect aan bij de vernieuwingsdrang van KV Kortrijk.

Lokale verankering en ambitie

Co-CEO’s Stijn Rigolle en Luc Demeyere onderstrepen de unieke band met de club en regio. “Als echte Kortrijkzanen willen we bijdragen aan de herwonnen ambitie van KVK,” klinkt het. Earth kiest niet alleen voor een sportief partnerschap, maar ook voor een maatschappelijk engagement met trots voor de stad Kortrijk.

Rode draad: vertrouwen en groei

De samenwerking groeide in drie seizoenen van structureel partner tot hoofdsponsorschap. Volgens KV Kortrijk-COO Jelle Brulez is Earth het toonbeeld van Belgische ambitie. “Een bedrijf met energie en visie waar we ons perfect in herkennen,” zegt hij. Het vertrouwen van Earth is een krachtig signaal naar andere partners.

Shirts met nieuwe uitstraling

Binnenkort stelt KVK haar nieuwe wedstrijdshirts voor met het Earth-logo prominent op de borst. Ook Gaele XL krijgt een plaats op de mouwen. Naast Earth kondigde de club ook twee extra Belgische shirtpartners aan: Move Jobs en Peppermill Friends, wat de lokale verbondenheid verder versterkt.

Dank aan AGO Jobs & HR

KV Kortrijk spreekt zijn dank ook uit aan AGO Jobs & HR, dat elf seizoenen lang als hoofdsponsor aan de zijde van de club stond. “We zijn dankbaar voor hun jarenlange steun en vertrouwen,” aldus de club. De samenwerking met Earth luidt nu een nieuw, ambitieus hoofdstuk in.

Bjorn Vandenabeele

 
 
Reacties.