Met schuldbesef én nuance: Peter Maes spreekt voor het eerst over 'Propere Handen' en Dejan Veljkovic
Peter Maes stond sinds 'Operatie Propere Handen' niet meer in de Belgische spotlights. De voormalige coach van onder meer Sporting Lokeren en KRC Genk praat voor het eerst vrijuit over het schandaal.
Peter Maes raakte betrokken bij 'Operatie Propere Handen' toen Dejan Veljkovic - zijn toenmalige zaakwaarnemer - besloot om op te treden als spijtoptant. De Serviër gooie de voormalige doelman volledig onder de bus.
"Toen Velkjovic werd opgepakt had ik zelf nog niet door wat er kon gebeuren", verrast Peter Maes bij MIDMIDPodcast. "Maar ondertussen is het duidelijk dat hij mij heeft gebruikt om zichzelf goed te praten."
Niet goedpraten, wél nuanceren
Maes wil zijn aandeel in 'Operatie Propere Handen' niet goedpraten, maar wil wél nuanceren. "Ik geef toe dat er dingen zijn gebeurd die niet correct waren. En dan heb ik het over sommige betalingen."
Ik geef toe dat er dingen zijn gebeurd die niet correct waren. En dan heb ik het over sommige betalingen - Peter Maes
"Maar het meeste van wat is gezegd en geschreven is niet correct", gaat Maes verder. "Een criminele organisatie? Het bewust verdienen op spelers? Ik heb in mijn carrière slechts drie spelers van Veljkovic genomen. Ik wou vooral goede spelers, hé."
In de bekentenissen van Veljkovic staat te lezen dat Maes werd betaald via cash geld dat werd verstopt in broodzakken. "Maar wie gelooft zoiets nu? Is er iemand die zijn geld gaat bewaren in een broodzak?"
Minnelijke schikking
Ondertussen heeft Maes een minnelijke schikking getroffen met de Belgische justitie. "Dat heb ik vooral gedaan om opnieuw aan het werk te kunnen gaan. Wat het alternatief was? Een rechtszaak. Maar dan waren we nu nog bezig."
"Ik heb sindsdien geen contact meer gehad met Veljkovic", besluit Maes. "Hij heeft zelf ook nooit contact gezocht. Op een bepaald moment heeft hij verklaard dat mijn kluis in het huis van mijn ouders stond. De politie is daar binnengevallen en heeft die mensen van in de tachtig verhoord. Dat kon én kan ik nooit vergeven."
Bart Vandenbussche








