Doelpunten van buitenlandse makelij, hoe verhoudt België zich tot andere landen?

CIES publiceert wekelijks opvallende statistieken die boeiende cijfers uit de voetbalwereld belichten. Deze week nam de organisatie een interessant aspect van de doelpuntenproductie onder de loep.

In nummer 258 van zijn Football Observatory Weekly Post rangschikt CIES 27 hoogste afdelingen van landen die aangesloten zijn bij de UEFA. Hierbij werd gekeken naar het percentage van doelpunten die tijdens het huidige seizoen door buitenlandse voetballers zijn gemaakt. Cyprus (86,8% van de doelpunten) topt de tabel, vóór Turkije (80,7%) en Engeland (68,8%).

Ligue 1

In negen andere competities waren buitenlandse goals goed voor meer dan de helft van het totale aantal doelpunten. Opvallend is dat er slechts 4 competities zijn waar spelers van vreemde origine minder dan een derde van de doelpunten aantekenden: Oekraïne (25,5%), Servië (27,6%), Israël (27,9%) en Tsjechië (30,4%). Het laagste percentage in de 5 grootste competities werd gemeten in de Franse Ligue 1 (35,6%).

Belgische clubs

Belgische clubs zijn voor hun doelpuntenproductie sterk afhankelijk van inwijkelingen. 66.3% van de goals in onze Jupiler Pro League worden gemaakt door spelers die uit een ander land afkomstig zijn. België staat hiermee op een niet-benijdenswaardige 5de plaats.

Er bestaan ook grote verschillen op clubniveau. De cijfers variëren van 0% (Paksi FC, EA Guingamp, Athletic Club Bilbao, etc.) tot 100% (AEK Larnaca, Rizespor, FK Senica). In de Engelse Premier League gaan ze van 97,4% in Wolverhampton tot 20,5% bij Leicester City.

Bij ons is STVV de ploeg met de meeste import-goals. 88.9% van de treffers werden dit jaar door niet-Belgen gescoord, volgens de CIES. Standard is met 40.4% buitenlandse treffers de club met het grootste aantal Belgische doelpunten.

Bart Vandenbussche