Ivan Leko moet vooral één speler beter maken, iets waar Hayen al mee worstelde: "Te duur om op te geven"

Foto: © photonews
Een van de stilzwijgende opdrachten die Ivan Leko meekreeg bij Club Brugge ligt in de ontwikkeling van individuen. Mamadou Diakhon is daarvan het meest sprekende voorbeeld. Talent genoeg, maar voorlopig blijft het rendement achter bij de verwachtingen.
Diakhon kwam afgelopen zomer voor 9 miljoen euro over van Stade Reims, meteen goed voor een plaats in de top vijf duurste inkomende transfers uit de clubgeschiedenis. Dat prijskaartje weegt, zeker bij een 20-jarige winger die nog zoekende is naar ritme, keuzes en consistentie.
Diakhon is in staat tot het beste en het slechtste... in één helft
Zijn cijfers ogen voorlopig mager: drie assists in elf wedstrijden. Geen dramatiek, maar ook geen echte impact. Het typeert zijn seizoen tot dusver: flitsen van klasse, gevolgd door fases waarin hij uit de wedstrijd verdwijnt. Diakhon kan het verschil maken, maar doet het te weinig.
Het duel tegen Gent was illustratief. Hij leverde de assist voor de openingstreffer, maar liet bij de gelijkmaker zijn man volledig los. Beste en slechtste Diakhon in één wedstrijd, soms zelfs in één helft. Het is precies die onvoorspelbaarheid die coaches zenuwachtig maakt.
Ook onder Nicky Hayen lag de focus al op zijn ontwikkeling. Hayen spaarde hem niet en wees publiekelijk op zijn keuzes in de slotfase van matchen. Verkeerde beslissingen, te vaak voor eigen succes, te weinig oog voor het collectief. In topvoetbal zijn dat details die zwaar doorwegen.
Diakhon moet leren verdedigen en intensiteit tonen
Club wist nochtans wat het haalde. Diakhon is geen afgewerkt product, maar een ruwe diamant. Dat werd intern ook altijd zo benoemd. Alleen: bij Club Brugge is de tijdsdruk groter dan elders. Geduld is er, maar het krediet is niet onbeperkt.
Leko staat nu voor dezelfde evenwichtsoefening. Hem laten spelen om te groeien, maar tegelijk eisen dat hij functioneert binnen het ploegsysteem. Een winger bij Club moet niet alleen dribbelen, maar ook meeverdedigen, juiste keuzes maken en intensiteit brengen.
Het verleden leert dat zulke trajecten kunnen slagen. Antonio Nusa is het bewijs dat wachten loont, mits de juiste begeleiding. Maar niet elke belofte volgt hetzelfde pad. Sommigen hebben meer sturing nodig, anderen een duw in de rug, of net een duidelijke grens.
Diakhon is geen verloren dossier, integendeel. Maar één ding is duidelijk: als hij zijn talent niet snel koppelt aan efficiëntie en volwassenheid, dreigt hij een dure belofte te blijven. Het is nu aan Leko om van potentieel prestatie te maken. Dat wordt een van de echte testen van zijn trainerschap bij blauw-zwart.
Johan Walckiers








